Deze aflevering: Carla van Weelie gaat met Andre Gasiorowski van Helping Hand Coalition, op bezoek bij Josef en Maya die met vijfhonderd ouderen in een oud hotel wonen, dat tot een soort bejaardenhuis is omgebouwd. Het zijn Joodse slachtoffers en overlevenden van de oorlog en ze komen uit de Krim en Rusland. Jozef is een man die in de oorlog zijn familie is kwijtgeraakt. Hij is heel blij dat hij in Israel woont, maar hij heeft geen geld om van te leven. Hij gaat als het even kan elke dag naar een gaarkeuken, met een paar plastic bakjes. Hij schept het eten in de bakjes en eet daar de hele dag kleine beetjes van. Als het regent of in de winter slecht weer is, of als hij ziek is, kan hij niet naar de gaarkeuken en heeft hij honger. Maya heeft tijdens een razzia haar nichtje uit de armen van haar oom getild en is weggerend. Op die kwade dag is ze twintig familieleden tegelijk verloren. Na veel onderduiken en een keer gewond raken heeft ze de oorlog overleefd. Ze was veertien jaar en heeft vanaf dat moment voor haar nichtje gezorgd. Nu is ze blij dat ze hier mag wonen, maar ze heeft wel verdriet van het feit dat ze soms honger heeft, geen bril kan kopen en dat ze altijd in tweedehands kleding moet lopen. De Helping Hand Coalition deelt voedselpakketten uit en Maya krijgt een keur aan vis, vers en in blik. Tot slot worden er negen mensen mee uit eten genomen en Maya vertelt dat ze 25 jaar niet buiten de deur gegeten heeft. En dan te weten dat er nog 491 bejaarden in dat huis zitten die dit ook verdienen.

Bron: EO