Wessel en Julen ruilen van gezin. De Brabantse Wessel is een rasechte optimist en bouwt met zijn familie de grootste (carnavals)feestjes. Hij ruilt met de actieve Julen bij wie de Franse cultuur er met de paplepel is ingegoten. De Brabantse Wessel is altijd vrolijk, of zoals zijn ouders zeggen: 'Niets is hem te gek.' Hij woont samen met zijn familie in het Brabantse Boxmeer en hij gaat er nooit meer weg. Althans, misschien dat hij wel naar de kleinkunstacademie in de grote stad gaat om in de voetsporen te treden van zijn grote voorbeeld Jochem Myjer, maar daarna komt hij gelijk weer terug. Dat is hem geraden, want als lid van de Metworstvereniging die het hele jaar oefent om met carnaval de traditionele knollenraces te rijden, moet je wel een dorpsbewoner zijn. De familie gaat een keer per jaar naar de kerk en hoe kan het ook anders... dat is niet tijdens kerst, maar met carnaval: Hét feest waar ze het hele jaar naar uitkijken. Wessel zorgt met zijn 'buuten', waarbij hij in een ton staat om allerlei typetjes na te doen, er ieder jaar voor dat het publiek helemaal in een deuk ligt. Bij de 13-jarige Julen wordt er thuis Frans gesproken, maar vooral Frans gegeten. Het liefst eet zijn familie iedere dag een driegangenmenu mét aperitiefje. Zijn Franse oma 'Mamido' heeft Julen geleerd om Franse pannenkoekjes te maken en álles te proeven, waardoor hij nu schimmelkaas eet en het liefst iedere dag een oestertje wegslurpt. Naast het bourgondische leven is sport ook enorm belangrijk. Julen hockeyt op het hoogste niveau, houdt van mountainbiken en gaat met zijn familie zo nu en dan back to basic survivallen in het bos. In de carnavalsvakantie staan ze steevast op de latten in de Franse Pyreneeën en bezoeken zij hun Franse familie. Het gezin houdt ook van verre reizen maken. Zo zag Julen al het fijnste zand van de wereld in de woestijn van Marokko en Peru staat dit jaar hoog op hun lijstje.

Bron: NPO Zapp